Rechte oogspieren
De oogspieren zitten vast aan het oog en bestaan uit de rechte oogspieren (vier) en de schuine oogspieren (twee). De rechte oogspieren bevinden zich boven het oog, onder het oog en links en rechts van het oog.
De functie van de rechte oogspieren zijn als volgt: naar boven kunnen kijken (met de bovenste rechte oogspier), naar beneden kunnen kijken (met de onderste rechte oogspier), opzij en naar binnen kunnen kijken.
Schuine oogspieren
De schuine oogspieren zorgen ervoor dat we schuin naar boven en schuin naar beneden kunnen kijken. En u kunt het zich waarschijnlijk wel voorstellen, ook bij het van dichtbij bekijken van een object hebben we de schuine oogspieren nodig. De ogen draaien dan naar binnen zodat we het object zo scherp mogelijk van dichtbij kunnen zien. We doen dit bijvoorbeeld tijdens het schrijven en lezen of bij ander gepriegel van dichtbij.
Het van dichtbij scherp stellen noemen we convergeren. Soms verloopt het convergeren moeizaam, wanneer de binnenste oogspieren minder goed werkzaam zijn. Mogelijke oorzaken zijn een groeispurt, een whiplash of spieraandoening. Gelukkig valt het converteren prima te trainen. Zo kunt u de binnenste oogspieren met oefeningen sterker maken. Informeer voor passende oefeningen bij uw oogarts of orthoptist.
Verstoorde spierbalans
Soms ontstaat er teveel spanning in de oogspieren. Dit kan komen door stress of een verkeerde kijkgewoonte. Ook het dragen van een bril kan de spanning in de oogspieren verhogen. Het gevolg: een lichte vervorming van de oogbol waardoor een onscherp zicht kan ontstaan. Naast wazig zien kan er ook sprake zijn van dubbelzien (diplopie) of ongecontroleerde bewegingen van het oog (nystagmus).
De oogarts of orthoptist kan een oogspieronderzoek uitvoeren om de functie van oogspieren in kaart te brengen. Het ontspannen van de oogspieren kan de spier- en vormbalans van de oogbol verbeteren.
Als de spieren van de twee ogen verschillend werken, kan er scheelzien ontstaan. Een mogelijke oorzaak van scheelzien is een verminderde werking van een van de betrokken hersenzenuwen. Hieronder worden de verschillende betrokken hersenzenuwen opgesomd.
Aansturing oogspieren
Het aansturen van de oogspieren gebeurt door de werking van drie verschillende hersenzenuwen:
- nervus oculomotorius;
- nervus trochlearis;
- nervus abducens.
Naast de uitwendige oogspieren, zijn er ook de inwendige oogspieren. Deze spieren bevinden zich binnen in het oog. Het zijn er drie en hebben de volgende functies (de Latijnse benaming laten we voor het gemak even achterwege):
- het ontspannen van de ooglens;
- het verwijden van de pupil;
- het vernauwen van de pupil.