Oorzaken
Meestal ontstaat een veneuze afsluitingen bij oudere mensen meestal in combinatie met diabetes mellitus of hoge bloeddruk of hoge oogdruk. Bij jongere patiënten liggen er soms andere aandoeningen aan ten grondslag die de oogarts meestal door de internist laat onderzoeken.
Verschijnselen
Bij veneuze afsluitingen ziet de patiënt wazig of veel slechter maar niet totaal donker. Door naar het netvlies te kijken kan de oogarts zien of het een venetaktrombose betreft of een vena centralis trombose.
Behandeling en preventie
Er wordt nog onderzoek gedaan of diabetes mellitus, hypertensie of hoge oogdruk een oorzaak kan zijn. Eventueel kan u worden doorverwezen naar de internist. In veel gevallen wordt er echter geen oorzaak gevonden. Bij een trombose wordt de patiënt regelmatig op controle gevraagd om te kijken of er complicaties zoals vaatnieuwvorming optreden. De kans op vaatnieuwvorming is bij een totale venetaktrombose wat groter dan bij een venetaktrombose. Indien er vaatnieuwvorming ontstaat, is er kans op verhoogde oogdruk (neovasculair glaucoom); dit moet met laser voorkomen worden. Soms gaat de vaatnieuwvorming zo snel dat de laserbehandeling niet snel genoeg effect heeft, er wordt dan tegenwoordig “anti‐VEGF” in het glasvocht gespoten, al dan niet gevolgd door laser.
Bij venetaktrombose is de kans op vaatnieuwvorming kleiner, maar als de gezichtsscherpte afgenomen is door vocht onder de gele vlek (maculaoedeem) kan ook dan besloten worden tot het injecteren van anti‐VEGF waardoor het vocht vermindert, of er kan getracht worden dit met laser te bereiken. Vermindering van vocht hoeft echter niet altijd te betekenen dat het gezichtsvermogen verbetert. De behandeling met injecties bij veneuze afsluitingen is deels nog in ontwikkeling.